Nederlandse pensioenfondsen profiteren van hogere rente

De vijf grootste Nederlandse pensioenfondsen, waaronder ABP, PFZW, bpfBOUW, PME en PMT, hebben in het tweede kwartaal van dit jaar hun financiële positie verbeterd. Ondanks dat de beleggingen op de beurs tegenvielen, hielp de stijging van de rente. Hierdoor hoefden ze minder geld te reserveren voor huidige en toekomstige pensioenen.

Stijgende dekkingsgraden

Door de betere financiële positie zijn de dekkingsgraden van de pensioenfondsen gestegen. De dekkingsgraad geeft aan hoeveel geld een pensioenfonds heeft in verhouding tot wat ze moeten betalen aan pensioenen. 110 procent en hoger wordt gezien als een goede dekkingsgraad De dekkingsgraad van ABP liet een stijging zien tot 115,6%, PFZW ging naar 110,2%, PMT naar 109,8%, PME naar 114,8% en bpfBOUW naar meer dan 128%.

Grote veranderingen op komst

Deze verbeterde financiële situatie komt op een belangrijk moment. De pensioenfondsen bereiden zich namelijk voor op een verandering naar een nieuw stelsel. Voor 2028 moeten alle fondsen overgestapt zijn naar het nieuwe stelsel, waarin de resultaten van beleggingen belangrijker worden. ABP stapt begin 2027 over en de andere vier fondsen in 2026.

Wat betekenen deze veranderingen?

In het nieuwe pensioenstelsel wordt de hoogte van de pensioenen minder afhankelijk van de rente en meer van de beleggingen. Dit betekent dat pensioenen sneller kunnen stijgen in goede jaren op de beurs, maar ook sneller kunnen dalen in slechte jaren. Bovendien hoeven pensioenfondsen dan minder geld in reserve te houden, waardoor ze risicovoller kunnen beleggen en misschien hogere winsten kunnen behalen.

Voorzichtigheid is belangrijk

Hoewel de dekkingsgraden nu hoog genoeg zijn om pensioenen te kunnen verhogen, blijven de fondsen voorzichtig. Ze willen zeker weten dat ze pensioenen kunnen verhogen zonder in financiële problemen te komen tijdens de overgang naar het nieuwe stelsel. Aan het einde van het jaar beslissen ze of de pensioenen kunnen worden verhoogd.

Wat brengt de toekomst?

De fondsen moeten voor de komende jaarwisseling laten weten hoe ze de overgang naar het nieuwe stelsel gaan maken en hoe ze de pensioenpotjes verdelen. Hoewel de betere financiële buffers deze overgang makkelijker maken, blijven er risico’s. De financiële markten zijn namelijk onvoorspelbaar en er kan veel veranderen in anderhalf jaar.